Feng Shui. Dat is die beweging die een aantal jaren geleden opkwam en deels serieus, maar grotendeels gekscherend werd besproken. In deze tijd waarin de boeken en sprekers over gelukkig leven de boekwinkels en zalen overvloeien, vroeg ik me af waarom Feng Shui geen come back kende.
Geluk
Las jij de boeken over Hygge? Verdiepte je je in minimalisme? Ik wel. Altijd op zoek naar meer geluk, als het nooit genoeg is. Inderdaad, ik zie mijn eigen patroon. In die zoektocht dwaalden mijn gedachte naar de kern van Feng Shui: “de manier waarop je je huis inricht brengt geluk”.
Zo’n 5.000 jaar geleden schreef keizer Wu de 1e hemelordening op. Hierin lezen we over de ordening van hemellichamen in het heelal. De hertog van Wen schreef jaren later de 2e hemelordening. Deze ging echter niet over de hemel, maar over ons aardse bestaan en daarmee ook over onze woningen.
Die 2e hemelordening is gegroeid tot een achthoekig model en uiteindelijk naar de bagua, het magische vierkant. Daar ligt de basis van Feng Shui.
Methodes
In de basis gaat Feng Shui om balans, aanwezigheid van planten en een opgeruimd huis. Om dat te bereiken zijn 4 methodes.
De meest gebruikte methode om Feng Shui toe te passen in huis, is op basis van je intuïtie. Lopend door een kamer (begin makkelijk) zat je al je zintuigen open en ervaar je wat er niet klopt in je kamer. Het kan iets zijn waar je tegenaan loopt of waar je oog steeds naar getrokken wordt. Haal dat uit de kamer of vervang het door iets met dezelfde functie, maar beter past in de kamer.
Methode 2 gaat over balans. Elke kamer heeft een functie. De vraag is of de inrichting daarbij past. Het gaat bijvoorbeeld om de kleur op de muren, maar ook over de hoogte van je bureaustoel en de hoeveelheid verschillende functies in de ruimte. Staat jouw bureau in de slaapkamer? Is dat dan de balans die voor jou werkt? Of…?
Minder intuïtief is de methode die uitgaat van de elementen. Lucht, water, metaal, vuur en hout versterken of verslappen elkaar. Deze moeten dus in balans zijn, maar dat betekent niet dat van ieder element evenveel aanwezig moet zijn. De eigenschappen van een element beïnvloeden namelijk ook jouw gevoel in de ruimte en daarmee of een kamer voor jou werkt.
De meest ‘wetenschappelijke’ methode werkt met de bagua, het magische vierkant. In het vierkant staan de 5 elementen en de 9 onderdelen die in ieders leven voorkomen. Dit vierkant leg je over de plattegrond van je woning. Door het vierkant zie je of jouw werkkamer op de juiste plek is.
Als je een nieuw huis bouwt of zoals in traditionele Japanse huizen, de muren kan verplaatsen, dan kan je op basis van het bagua je huis bouwen en inrichten. Als je een bestaande woning hebt, zijn de functies van de ruimtes vaak al bepaald of logisch. Eigenwijsheid loont, maar heeft grenzen. Een andere methode is dan beter geschikt.
De afbeelding tekende ik zelf. Groetjes, EVELINE MOS